In de
15e eeuw ontstond de behoefte aan een nauwkeurig uurwerk om op zee te kunnen
navigeren. De
breedtegraad kan eenvoudig en betrouwbaar worden bepaald aan de hand van de hoogte van
sterren boven de
horizon, maar de
lengtegraad was alleen meetbaar door het vergelijken van de lokale tijd. Door het vergelijken van de lokale tijd met de standaardtijd van een Europese
meridiaan (meestal
Parijs of
Greenwich) kon een zeeman bepalen hoe ver hij oostelijk of westelijk van deze meridiaan was verwijderd. Deze meting was soms verre van accuraat waardoor de meeste
land- en zeekaarten van de 15e eeuw tot ongeveer 1800 wel precieze breedtegraden maar onjuiste lengtegraden hebben. Als de klok een minuut verkeerd staat, betekent dat in de tropen al een afwijking van 28 kilometer. Een nauwkeurig uurwerk (
chronometer) was dan ook een belangrijk navigatie-instrument. Dat uurwerk mocht bovendien niet gevoelig zijn voor de schommelingen van het schip. Die laatste eis gold ook voor horloges.
De eerste horloges
De voorloper van het horloge is de
quadrans. De eerste enigszins betrouwbare mechanische klokken werkten met een
slinger. Omdat hierbij de klok stil moet hangen of staan, is zo'n klok niet bruikbaar op zee of in horloges. De uitvinding van het veermechanisme was cruciaal voor draagbare klokken. De Duitser
Peter Henlein uit
Neurenberg maakte aan het begin van de
16e eeuw draagbare klokken met een veermechanisme. Onduidelijk is of hij het veermechanisme ook heeft uitgevonden. Zijn klokken kunnen worden gezien als de eerste horloges. Ze werden gedragen aan de riem of om de nek met een ketting. In plaats van de latere ronde vorm, maakte Henlein de behuizing ovaal. Ze werden dan ook Neurenbergse eieren genoemd. Ze waren alleen voorzien van een uurwijzer, het mechanisme was nog te onnauwkeurig voor een minutenwijzer. De onnauwkeurigheid had meerdere oorzaken. Het uurwerk werkte voornamelijk goed als het plat op een tafel lag en de balans horizontaal kon bewegen. Verder ondervond het horloge wrijving door de gebrekkige wijze waarop de tandwielen en andere onderdelen van het horloge waren afgewerkt. Dit maakte dat het horloge een stijve hoofdveer nodig had omdat de wrijving moest worden overwonnen. Zo'n hoofdveer oefende meer kracht uit als hij volledig was opgewonden waardoor het horloge dan te snel liep.
Born: Wikipedia